Gekocht door eerste eigenaresse bij rijwielhandel J. Uit Oude Groeneveld te Sneek. De zoon Leendert, werkzaam in de zaak van zijn vader, viel op haar. Nadat hij de zaak van zijn vader had overgenomen, traden ze in het huwelijk
Framehoogte 76 cm De eerste eigenaar was de Enschedese textielbaron Ewoud Hendrik ter Kuile (1907-1967) Die heeft hem vervolgens overgedaan aan dr. A. van Schelven universitair hoofddocent TU Twente. Aanpassingen: De voorvork was een keer vervangen. Er is een gazelle voorvork uit een donorfiets uit de jaren 50 van dezelfde kleur in gezet. Daarvoor moest de vorkbuis worden verlengd. Mogelijk hoort deze vork eigenlijk bij een iets jonger sportiever model. De kettingkast was niet meer origineel. Er is een metalen kettingkast op gezet (van dezelfde donorfiets). Er zat geen originele bagagedrager meer op. Deze (zie afb. 2) is weggelaten. Waarschijnlijk is er een ander cranckstel opgezet. Eén van de velgen is vervangen omdat er een zwarte velg in gevlochten was. De originele naaf zit er nog wel in.
Volgens aankoopbon: Gazelle heerensportfiets met eigen torpedo versnellingsnaaf, Rood bruin gekleurd, chroom velgen, slot, jasbeschermer, drager, snelbinder, tasje, spatlap, sier...., No 807899 à f 170
In 1950 heeft Jacob van Werven uit Apeldoorn octrooi verkregen (afb. 11) op de ingenieuze constructie waarbij de bestuurder boven het voorwiel zit en de aandrijving op het voorwiel plaatsvindt. Volgens de octrooi aanvraag zou de neiging tot slingeren van de laadbak de sturing vrijwel niet kunnen beïnvloeden, dit in tegenstelling tot de bekende constructie. Gazelle te Dieren heeft deze bakfiets een aantal jaren vervaardigd en verkocht. Gezien het prijsverschil van een additionele honderd gulden ten opzichte van een standaard bakfiets met open laadbak (f 450,- in 1953) was de belangstelling waarschijnlijk gering. Voor zover bekend bevindt zich er nog één ander exemplaar in Nederland. De bakfiets is 55 jaar in bezit geweest van Hans Compter, verzamelaar van historische voertuigen. De reclame van bakkerij Michels van het Ginderover in Heeze is er door hem op aangebracht ivm een deelname aan De Brabantse Dag. Blijkens de flyer van Agent G. van Zutphen uit Apeldoorn werd er ook al in 1948 speciale aandacht gevraagd voor deze driewieler (afb. 10).
Wat betreft de bagage dragers weet ik dat mijn vader altijd wel wat aan het uitvinden was om iets voor het gemak te maken. Samen met mijn moeder deden ze de boodschappen op de fiets. Daarom moesten er fietstassen achterop. Maar hij wilde niet altijd met de dubbele fietstassen rijden. Daarvoor had hij een plankje in de bovenkant van de fietstassen gemaakt en aan de zijkant daarvan een klemmetje wat hij tussen de spijltjes van de bagagedrager klemde (zo hoefde hij niet elke keer alle riempjes los of vast te maken). Ik denk dat hij daarvoor die busjes erop had gezet.
Wat betreft de bagage dragers weet ik dat mijn vader altijd wel wat aan het uitvinden was om iets voor het gemak te maken. Samen met mijn moeder deden ze de boodschappen op de fiets. Daarom moesten er fietstassen achterop. Maar hij wilde niet altijd met de dubbele fietstassen rijden. Daarvoor had hij een plankje in de bovenkant van de fietstassen gemaakt en aan de zijkant daarvan een klemmetje wat hij tussen de spijltjes van de bagagedrager klemde (zo hoefde hij niet elke keer alle riempjes los of vast te maken). Ik denk dat hij daarvoor die busjes erop had gezet.